Google: concurrent of medestander?
Studiedag VVBAD – sectie schoolbiblitheken
Katholieke Hogeschool Zuid-West Vlaanderen - Kortrijk
Op 23 mei l.l. stelde de sectie Schoolbibliotheken van de VVBAD, samen met collega’s uit alle hoeken van het werkveld, zich de vraag wat Google nu eigenlijk betekent of zal betekenen voor de informatiemarkt in het algemeen en de bibliotheken in het bijzonder.
Is Google een concurrent van de bibliotheken die de vijver leegvist? Of is het een medestander waarvan de bibliotheken dankbaar gebruik kunnen maken om zich op die informatiemarkt anders en sterker te profileren?
Eric Sieverts van de sector Innovatie & Ontwikkeling van de Universiteitsbibliotheek van Utrecht en docent bij het Instituut voor Media & Informatie Management van de Hogeschool van Amsterdam nam Google Scholar onder de loep. Op korte tijd is Google een begrip geworden. Het heeft zelfs een plaats in het dagelijks taalgebruik verworven: Googling, Googelen, Googlization, … Google werd echter nog maar zelden ernstig genomen als zoekmachine voor wetenschappelijke literatuur. Google Scholar beta – het is immers nog een product in test – moet daarvoor een oplossing bieden. Google Scholar is een multidiscipinaire database met wetenschappelijke artikelen van zowel ‘open access’ als commerciële uitgevers die voor een deel full-text doorzoekbaar zijn. In april 2005 bevatte Google Scholar naar schatting zo’n 60 miljoen records. Meer dan een behoorlijke concurrent dus voor de databases van de bibliotheek. Maar Google Scholar brengt haar gebruikers ook tot bij de bibliotheek door linking naar de full-text artikels waar de bibliotheek een abonnement op nam. De toepassing van OpenURL-linking technologie (SFX, Vlink, …) in Google Scholar maken het mogelijk om als bibliotheek manifest aanwezig te zijn binnen deze zoekmachine. Google als medestander dus. Het ziet er hoe dan ook naar uit dat Google Scholar een belangrijke plaats op de wetenschappelijke informatiemarkt zal innemen. Als men nog de onvolkomenheden zoals de beperkte zoekfunctionaliteit, het ontbreken van gecontroleerde ontsluitingsmethoden, fouten bij het herkennen van auteurs of de onduidelijke update-frequentie wegwerkt, kan Google Scholar heel wat mogelijkheden bieden aan bibliotheken onder meer door een impuls te geven aan de Open Access-beweging.
Robert Milne, Acting Director van Oxford University Library Services & Bodley’s Librarian, gaf een kijk in de keuken van de mensen achter Google. De Bodleian Library (Oxford University Library Services) neemt immers deel als Europese partner aan het grootschalig digitaliseringsproject van Google. Google opnieuw als medestander van de bibliotheken dus. In december 2004 werd tussen de Bodleian Library en Google een overeenkomst gesloten om ruim een miljoen boeken uit de 19de eeuw te digitaliseren. Voor Google past dit in hun missie “to organize the world’s information and make it universally accessible and useful”. Dit project sluit ook mooi aan bij de plannen van Oxford University om hun digitale bibliotheek verder uit te bouwen. Een win-win situatie dus voor Google en de bibliotheek. Milne schetste niet het beeld van Google als meedogenloos informatiebedrijf, maar als een betrouwbare partner bij de uitbouw van hun digitale plannen. Het project start in juli.
Na de jaarvergadering van de sectie schoolbibliotheken nam Piet De Keyser, bibliotheekcoördinator van de Katholieke Hogeschool Leuven en bibliothecaris van het Departement Lerarenopleiding van de Katholieke Hogeschool Leuven, het woord. Voor hem is de strijd al gestreden en is Google al lang geen concurrent meer voor de onbeduidende sector van de onderwijsbibliotheken. Deze laatste zijn volgens hem te klein, te traag, te star. Alle inspanningen die ze doen verdwijnen in het niets tegenover de commerciële initiatieven die zich in snel tempo opvolgen. Een grootschalige rationalisatie waarbij bibliotheken onrendabele activiteiten gaan afstoten en meer gaan samenwerken dringt zich op.
Inge Van Nieuwerburgh, coördinator digitale bibliotheek Universiteit Gent, gaf de aanwezigen terug zin in hun werk door haar heldere uiteenzetting over de Open Access-beweging. Het wetenschappelijk tijdschrift, ondertussen al meer dan 300 jaar oud, is sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw in toenemende crisis. Het bestaande commerciële uitgeefmodel met groeiende monopolisering van grote uitgevers en stijgende abonnementsprijzen geeft voeding aan een open publicatiemodel waarbij wetenschappelijke informatie terug voor een ruimer publiek toegankelijk moet kunnen worden. De Universiteitsbibliotheek van Gent ontwikkelde een institutioneel repository om de publicaties van de eigen onderzoekers te beheren en te publiceren. Om open access-artikelen op te sporen speelt Google Scholar, naast OAISter en DOAJ, een belangrijke rol. Google Scholar verhoogt de visibiliteit van open access-artikels en is op dat vlak dus opnieuw een medestander van de bibliotheken die ijveren voor een vrije toegang tot informatie voor hun klanten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten